Debulking

Inleiding

Deze folder geeft u informatie over een debulking operatie in het Bravis ziekenhuis. De operatie vindt altijd plaats op locatie Bergen op Zoom. 

Deze buikoperatie wordt meestal uitgevoerd wegens kanker aan de eierstokken(ovaria). De operatie is een onderdeel van de behandeling van de eierstokkanker. Tijdens de operatie wordt zoveel mogelijk tumorweefsel verwijderd. Meestal worden hierbij de baarmoeder, de eierstokken, vetschort en vergrote lymfeklieren verwijderd. Incidenteel wordt de operatie ook uitgevoerd bij baarmoederkanker (dus geen baarmoederhals kanker).

Wat is een ovariumcarcinoom?

Een ovariumcarcinoom is een kwaadaardige aandoening van de cellen van de eierstok(ken). Deze ziekte wordt vaak pas in een laat stadium ontdekt doordat de klachten in het begin vaak sluipend zijn. De klachten kunnen bestaan uit een opgezette buik, wat vage buikpijn en problemen met de ontlasting. In ongeveer 20% van de gevallen kan er sprake zijn van erfelijkheid. Er bestaat een mogelijkheid tot het laten verrichten van erfelijkheidsonderzoek.

De operatie

Een debulking operatie is een buikoperatie die meestal wordt uitgevoerd wegens kanker aan de eierstokken. De operatie wordt uitgevoerd door 2 gynaecoloog- oncologen. 

In de buik wordt een incisie gemaakt die loopt van het schaambeen tot ruim boven de navel. Het uiteindelijke doel van de operatie is om zo mogelijk al het zichtbare tumorweefsel te verwijderen. Dit betekent dat behalve de beide eierstokken, vaak ook de baarmoeder (indien nog aanwezig), vetschort (omentum) en soms ook lymfklieren langs de grote bloedvaten worden verwijderd. Als het nodig is, wordt ook een stuk van de dunne of dikke darm weg gehaald. De duur van de operatie kan variëren van 2 tot 5 uur. 

 

Als verwacht wordt, dat ook een stuk darm moet worden verwijderd, bijvoorbeeld omdat de tumor is doorgegroeid in de darmen, bestaat er een kans dat er een tijdelijk stoma wordt aangelegd. Een stoma is een uitgang van de darm via de buikwand. De kans dat er een stoma moet worden aangelegd is rond de 5-10%.

 

Omdat we van te voren niet altijd zeker weten of er een stoma moet worden aangelegd wordt er bij de opname een stomaplek afgetekend op uw buik door de verpleegkundige. Pas tijdens de operatie wordt definitief besloten of een stoma noodzakelijk is. Ook kunnen (delen van) andere organen, zoals bijvoorbeeld een stukje van de lever verwijderd worden. Dit laatste komt overigens zelden voor. 

 

De operatie wordt gepland vóór chemotherapie of na drie kuren chemotherapie. Als de artsen verwachten dat al het zichtbare tumorweefsel niet voldoende verwijderd kan worden, dan wordt de operatie pas gepland na drie chemokuren. In dat geval wordt de operatie een “interval-debulking” genoemd. 

 

De operatie kan verschillende uitkomsten hebben: 

- De tumor wordt in zijn geheel verwijderd: complete debulking. 

- Er is zoveel mogelijk tumorweefsel verwijderd (slechts een klein restant is achtergebleven): optimale debulking.

- Het tumorweefsel was te uitgebreid om er voldoende van te verwijderen: inadequate debulking. 

Voorbereiding

Voordat u geopereerd wordt heeft u uitgebreide gesprekken in het oncologiecentrum met de gynaecoloog en life coach. Mocht de operatie vooraf worden gegaan door chemotherapie dan zal u daarin worden begeleid door de  oncoloog en life coach. Voorafgaande aan de operatie krijgt u van de oncologieverpleegkundige , 2 clysma’s en 6 flesjes ‘pre-op’ mee ter voorbereiding op de operatie thuis. Zij zal u ook uitleggen hoe dit te gebruiken.

Consult anesthesioloog/ POS

U bezoekt voorafgaand aan de operatie de anesthesioloog, de specialist voor narcose en pijnbestrijding. Deze bekijkt uw algehele lichamelijke conditie en beslist of er voor de narcose nog aanvullend onderzoek nodig is.

De oproep

Vaak wordt een operatiedatum direct vastgelegd. Zo niet, dan ontvangt u na enige tijd een oproep. Een medewerker van het opnameplein informeert u meestal telefonisch over de precieze datum en het tijdstip.    

Opname in het ziekenhuis

U wordt meestal opgenomen op de dag van de operatie. Bij opname op de afdeling wordt u naar uw kamer en bed gebracht en zal er een kort gesprek zijn met de verpleegkundige. Het kan ook zijn dat u wordt opgenomen op de opname-afdeling, u zult dan pas na de operatie naar uw eigen kamer gaan. De verpleegkundige zal de gehele procedure rondom de opname met u doornemen. Als u vragen heeft, kunt u die met de verpleegkundige doornemen. U krijgt vanaf nu ook dagelijks een “Fragmin” spuitje. Dit spuitje voorkomt trombose.

 

Wanneer u klaargelegd wordt voor de operatie, zal de verpleegkundige u verzoeken om goed uit te plassen op het toilet. Daarna krijgt u een operatiehemd en TED-kousen aan. Dit zijn een soort steunkousen, zijn ter voorkoming van trombose. Alle andere kleding blijft op de kamer. Ook make-up (denk ook aan nagellak), sieraden, bril, kunstgebit en gehoorapparaat moeten worden verwijderd.

Daarna zal de verpleegkundige wederom kort een aantal vragen met u doornemen. Dit heeft alles te maken met dubbel controleren. Na ongeveer een klein uur wordt u naar de operatiekamer gebracht. Ook daar worden weer dezelfde vragen gesteld. U stapt over uit uw eigen bed op de operatietafel.

U wordt dan naar de voorbereidingsruimte gereden om voorbereid te worden op de operatie. Allereerst krijgt u een infuus ingebracht om vocht toe te dienen. Daarna krijgt u via een ruggenprik een dun slangetje (epiduraal katheter) ingebracht. Dit is om de pijnbestrijding toe te dienen tijdens en een aantal dagen na de operatie. 

Vanwege het feit dat u een epiduraal katheter heeft, heeft u geen controle over uw blaas en wordt er een katheter in de blaas geplaatst.  De operatie vindt verder plaats onder narcose,

 

De operatie wordt uitgevoerd door de gynaecoloog van het Bravis ziekenhuis, samen met een gynaecoloog uit het Erasmus MC. Zodra zij klaar zijn, wordt u in uw eigen bed terug gelegd en wordt u nauwlettend gecontroleerd op de uitslaapkamer (recovery).

Wanneer u goed wakker bent mag u na verloop van tijd terug naar de verpleegafdeling. De verpleegkundigen informeren de eerste contactpersoon dat u terug bent op de afdeling. Op de afdeling worden zeer regelmatig controles uitgevoerd (bloeddruk, polsslag, ademhaling, pijnscore). 

Zodra u een beetje wakker bent, mag u een klein slokje water drinken. Dit mag u later uitbreiden met thee en evt. bouillon. Probeer deze dag om een liter te drinken. Ook is het belangrijk om ongeveer 15 minuten op te zitten als het lukt. 

 

De eerste dag na de operatie wordt er in de ochtend bloed geprikt. De verpleegkundige helpt u met wassen en uw eigen nachtkleding aan te doen. Het is de bedoeling om in de ochtend twee uur op te zitten. Dit proberen we ook in de middag en in de avond. 

De tweede dag na de operatie mag u proberen zoveel mogelijk uit bed te komen (indien mogelijk acht uur). U mag ook wat over de gang lopen als het lukt. Vandaag gaan de meeste “slangen” eruit. De epiduraal katheter en de blaaskatheter worden verwijderd. De eerste paar keer als u spontaan geplast heeft, moet u direct de verpleegkundige waarschuwen. Zij maakt dan een soort echo van de blaas om te zien of de blaas voldoende leeg is. 

De derde dag na de operatie mag u een gewoon dieet en zijn de meeste “slangen” verdwenen. Vandaag is het de bedoeling om acht uur uit bed te komen en twee keer over de gang te lopen. 

 

Gedurende de gehele opname komt de fysiotherapeut bij u langs om te zien hoe het met de ademhaling gaat en om zo nodig hier ondersteuning bij te bieden. Ook komt dagelijks een gynaecoloog langs om te zien hoe het met u is.

Duur van de opname

De opname voor een debulking is van opname tot ontslag, gemiddeld vijf tot zeven dagen.

Ontslag

De verwachting is dat u zichzelf bij ontslag lichamelijk kunt verzorgen. De wond behoeft meestal geen zorg meer. Hechtingen hoeven niet verwijderd te worden. 

Indien u bij ontslag niet in staat bent uzelf te verzorgen of alsnog wondverzorging nodig hebt wordt deze zorg vóór ontslag op de verpleegafdeling voor u geregeld. 

De spuitjes Fragmin (tegen trombose) moeten nog tot 4 weken na de operatie gespoten worden. De verpleegkundige zal u of uw familie op de afdeling uitleg geven hoe dit zelf te doen. Mocht dit echter niet lukken dan zal hiervoor thuiszorg geregeld worden.

De TED-kousen die u gedurende de opname aanhad moeten ook nog vier weken gedragen worden overdag.

Weefselonderzoek en eventuele nabehandeling

Het weefsel, dat is weggenomen, wordt door de patholoog onderzocht. Het duurt ruim een week voordat de uitslag bekend is. Wekelijks vindt het multidisciplinair overleg plaats. Tijdens dit overleg waarbij het volledige behandelteam aanwezig is (gynaecoloog, patholoog, internist-oncoloog, radioloog, radiotherapeut, oncologieverpleegkundige, nucleair geneeskundige, chirurg), worden alle bevindingen en de aanvullende therapie besproken. Na dit overleg wordt, indien u nog bent opgenomen, de uitslag door de specialist met u besproken. U kunt vooraf bij de arts of verpleegkundige informeren wanneer u de uitslag kunt verwachten, zodat u tijdig uw partner, of een naaste kunt vragen bij dit gesprek aanwezig te zijn. Indien u al bent ontslagen van de afdeling, wordt een poliklinische afspraak gemaakt bij uw behandeld specialist om de uitslag te bespreken. Als een aanvullende chemotherapiebehandeling nodig is, dan wordt een afspraak voor u gemaakt op de polikliniek bij de oncoloog.

Gevolgen van de operatie 

  • Zwangerschap 

Wanneer de baarmoeder en eierstokken zijn verwijderd, is het niet meer mogelijk om zwanger te worden. 

  • Hormoonhuishouding 

Voor vrouwen die nog niet in de overgang waren, betekent verwijdering van de eierstokken en de baarmoeder, dat er een eind komt aan de menstruatie. Er kunnen vervroegd overgangsklachten optreden; dit kunt u bespreken met uw gynaecoloog. 

  •  Seksualiteit 

Op het gebied van de seksualiteit heeft de operatie voor elke vrouw verschillende gevolgen. Veel vrouwen hebben na de behandeling vooral behoefte aan intimiteit. Knuffelen en lichamelijk contact kunnen op dat moment belangrijker zijn dan seksuele opwinding. Na de operatie kan de beleving van seksualiteit veranderd zijn. Er zijn geen medische bezwaren tegen het krijgen van een orgasme. Geslachtsgemeenschap is lichamelijk mogelijk vanaf ongeveer 6 weken na de operatie. U kunt hiermee ook wachten tot u voor uw vervolg-afspraak bij de gynaecoloog- oncoloog bent geweest en dit heeft besproken. 

  • Plassen en ontlasting 

Dit kan veranderd zijn, maar dat is vaak van tijdelijke aard. Voor de darmen zijn voldoende beweging, veel drinken en een vezelrijke voeding belangrijk. Als u een stoma heeft, kunt u contact met de stomaverpleegkundige houden voor vragen en informatie. 

  • Vermoeidheid

Na een grote operatie als deze kan het zijn dat u lange tijd last heeft van vermoeidheid. Soms houdt dit zelfs meer dan een jaar aan. Een verklaring voor de vermoeidheid is er niet. Het is belangrijk dat uzelf deze vermoeidheid accepteert, ook al voelt u zich door uw omgeving onbegrepen. Het is een duidelijk signaal van het lichaam dat er een grote rust/slaapbehoefte is om te herstellen. Het is daarnaast belangrijk dat u zorgt voor een goede lichamelijke conditie door regelmatig aan lichaamsbeweging te doen en zo gezond mogelijk te eten. 

Leefregels voor thuis na de operatie 

  • Geen zware lichamelijke arbeid verrichten of zwaar tillen (> 5kg) tot aan de eerste controle 6 weken na de operatie.

  • Bescherm de wond tegen de zon. 

  • Douchen mag, tenzij de arts iets anders met u heeft afgesproken. 

  • De eerste 6 weken geen bad nemen of zwemmen omdat de wond inwendig en/of uitwendig kan verweken en mogelijk kan infecteren.

  • Geen geslachtsgemeenschap tot 6 weken na operatie. 

Herstelperiode 

Het is verstandig om rekening te houden met een lichamelijke herstelperiode van 4 tot 6 weken. De eerste tijd thuis kunt u alle activiteiten uitoefenen waartoe u in staat bent. Wij adviseren u echter geen zware lichamelijke werkzaamheden te verrichten. Huishoudelijke hulp kan wenselijk zijn. Het is verstandig om dit van tevoren te regelen. 

Redenen om een arts te waarschuwen 

  • plotseling ruim bloed- en vochtverlies uit de wond;

  • roodheid van de wond; 

  • bloedverlies uit de vagina, meer dan bij een gewone menstruatie; 

  • pijn, niet reagerend op gebruikelijke pijnstillers als paracetamol; 

  • koorts (>38°), langer dan één dag bestaand; 

  • pijn/branderig gevoel bij het plassen ;

  • aanhoudende misselijkheid/braken ;

  • aanhoudende diarree of obstipatie (verstopping). 

Als u twijfelt of zich onzeker voelt over bepaalde klachten die u hebt, neem dan contact op met uw gynaecoloog of oncologieverpleegkundige. 

Zelfhulp

Vrouwen die de operatie zelf hebben meegemaakt, weten precies wat iemand bedoelt die met de emoties van een baarmoederverwijdering te maken krijgt. Zij kennen de moeilijk te verwoorden gevoelens van ‘iets missen’, ‘je niet meer compleet vrouw voelen’ of ‘het vrijen voelt anders’. 

Bij een zelfhulporganisatie en lotgenotencontacten vindt u vrouwen waarmee u over deze dingen kunt praten. Zij doen dit op basis van ervaringsdeskundigheid. Als u daar behoefte aan heeft, kunt u contact opnemen met de volgende organisaties.

 

Stichting Olijf, netwerk voor vrouwen met gynaecologische kanker

Website: www.olijf.nl

Email: secretariaat@olijf.nl

Telefoonnummer: 088-00 297 29

Lotgenoten

Ontmoetingsplek Het Getij 

Website: https://hetgetij.com/

Email: info@hetgetij.com

Telefoonnummer vestiging Ossendrecht: 06 – 22 82 35 31

Telefoonnummer vestiging Bergen Op Zoom: 06 -22 82 35 04

 

Inloophuis De Rose Linde Roosendaal

Website: https://www.inloophuisderoselinde.nl/

Email: inloophuisderoselinde@gmail.com

Telefoonnummer: 0165 - 751276

Vragen

Heeft u nog vragen? Neem dan op werkdagen van 8.00 uur tot 16.30 uur telefonisch contact op met de polikliniek gynaecologie: 088 - 70 66 600.

 

12/20

 

Heeft u vragen?

Heeft u nog vragen? Stel ze gerust via de app BeterDichtbij.
Ontbreekt er informatie in deze folder?