Dysfagie

Inleiding

Een patiënt heeft een beroerte gehad of maakt een ziekte door die het slikken moeilijk maakt. Deze problemen met het slikken noemen we dysfagie. Het is belangrijk dat u iets af weet van dysfagie zodat u weet hoe u met de patiënt kunt omgaan.

Wat is dysfagie?

Dysfagie houdt in dat men moeilijk kan slikken. Het geeft problemen met het kauwen en doorslikken van voedsel en speeksel of het drinken van vloeistoffen.

 

Het slikken verloopt in vier fases. Eerst wordt het voedsel afgebeten en gekauwd. Vervolgens wordt het voedsel op de tong verzameld en door de tong naar achter in de keel  gebracht. Wanneer het voedsel wordt doorgeslikt treedt de slikreflex op. Dit gaat automatisch, u denkt hier niet bewust bij na. De slikreflex zorgt ervoor dat de luchtpijp en de longen tijdens het slikken door het strottenklepje zijn afgeschermd, zodat daar geen voedsel terecht komt. Ook wordt de weg naar de neus afgesloten door de huig, zodat er geen voedsel door de neus naar buiten loopt. Uiteindelijk komt het voedsel in de slokdarm terecht en wordt het verplaatst naar de maag.

 

Als de spieren van de mond en de keel niet goed meer werken kunnen er problemen ontstaan bij het eten en drinken. De patiënt kan moeite hebben met kauwen en zich verslikken in vloeistoffen of voedsel. Het kan zijn dat de patiënt geen achterblijvende voedselresten in de mond voelt of niet voelt dat er voedsel of speeksel uit de mond loopt.

Wat doet de logopedist?

De logopedist onderzoekt binnen 24 uur na ziekenhuisopname het slikken. De logopedist kijkt naar de beweeglijkheid van de kaken, de lippen, de tong en de wangen. Daarnaast kijkt de logopedist stap voor stap hoe het eten en drinken verloopt bij de patiënt.

 

Als de patiënt zich vaak verslikt, is er een grote kans op een longontsteking. De logopedist kijkt of het slikken veilig gaat en welke soort voeding veilig is om te slikken. Soms mag een patiënt helemaal geen voeding krijgen in verband met het risico van ernstig verslikken. In dat geval krijgt de patiënt (tijdelijk) sondevoeding.

 

De logopedist geeft na het onderzoek adviezen aan de patiënt en aan de verpleegkundigen met betrekking tot het eten en het drinken. Deze adviezen richten zich op de lichaamshouding van de patiënt tijdens de maaltijd. Daarnaast kan de logopedist ook adviseren om het voedsel te bewerken om het zachter en gladder te maken.

 

Bij ontslag uit het ziekenhuis geeft de logopedist gerichte adviezen mee over het eten en drinken.

Route logopedist

U meldt zich voor uw afspraak bij de logopedist op locatie Roosendaal bij het paramedisch secretariaat, route 108 op de begane grond.

Op locatie Bergen op Zoom meldt u zich aan de balie van de afdeling revalidatie, route 23 op de tweede verdieping.

Vragen

Heeft u naar aanleiding van bovenstaande informatie nog vragen?

Neem dan tijdens kantooruren telefonisch contact op met de logopedist.

Locatie Roosendaal: 088 - 70 68 225

Locatie Bergen op Zoom: 088 - 70 67 310

 

08/20

Heeft u vragen?

Heeft u nog vragen? Stel ze gerust via de app BeterDichtbij.
Ontbreekt er informatie in deze folder?