Groeihormoontest

Inleiding

De behandelend arts van uw kind heeft in overleg met u besloten om een groeihormoontest uit te voeren. Deze test wordt uitgevoerd als de arts twijfelt of het lichaam van uw kind voldoende groeihormoon aanmaakt. Op de dag van het onderzoek meldt u zich op de afgesproken tijd met uw kind op de kinderdagbehandeling locatie Bergen op Zoom op afdeling G2. Hier vindt het onderzoek plaats. U mag bij het onderzoek aanwezig zijn.

 

Er zijn twee verschillende soorten testen:

  • De groeihormoontest met Arginine. Uw kind krijgt Arginine via een infuus toegediend.
  • De groeihormoontest met Clonidine. Uw kind krijgt Clonidine toegediend in de vorm van één of meerdere tabletjes of in drankvorm.

 

Zowel Arginine als Clonidine zorgen ervoor dat het groeihormoon uit voorraad vrijkomt in het bloed. Dit groeihormoon kan in het bloed bepaald worden. Door dit op verschillende tijden te doen, krijgt de kinderarts inzicht in dit proces. De testen verlopen in principe hetzelfde.

Voorbereiding

Bij binnenkomst krijgt uw kind twee verdovingspleisters opgeplakt in beide elleboogsplooien. De bloeddruk wordt gemeten. Omdat bij uw kind meerdere keren bloed moet worden afgenomen, wordt er een zogenaamde venflon in een ader op de arm ingebracht. Een venflon bestaat uit een heel dun slangetje dat in de ader wordt ingebracht en uit een soort kraantje waarop meerdere malen een buisje kan worden aangesloten om bloed af te nemen. Uw kind hoeft op deze manier niet steeds opnieuw te worden geprikt.

 

Op de dag van het onderzoek moet uw kind nuchter zijn. Dat wil zeggen dat uw kind vanaf 24.00 uur niets meer mag eten of drinken. Wel mag het nog (een beetje) water drinken.

Het onderzoek

Om bij uw kind de beginwaarde van het groeihormoon te kunnen bepalen, wordt er eerst bloed afgenomen. Vervolgens mag uw kind de Clonidine innemen. De Arginine krijgt uw kind via een infuus. De Clonidine en Arginine bevorderen de afgifte van groeihormoon aan het bloed.  Vervolgens wordt er met tussenpozen van 15 of 30 minuten bloed afgenomen. Op deze wijze kan de stijging van het groeihormoon worden vastgesteld. Het onderzoek duurt ongeveer een dagdeel.

 

Eventuele bijwerkingen van Clonidine kunnen slaperigheid en een lage bloeddruk zijn.

Arginine kan zorgen voor een misselijk gevoel of wat hoofdpijn. Dit komt niet vaak voor maar is niet uit te sluiten. Verder kan het bloedsuiker verlagend werken. Bij elke bloedafname zal er dan ook een bloedsuikerwaarde bepaald worden.

Uw kind moet tijdens het onderzoek in bed blijven; denk aan makkelijk zittende kleding.

Na het onderzoek

Na de laatste bloedafname is het onderzoek klaar. Uw kind krijgt dan wat te eten en te drinken. De bloeddruk wordt gemeten. Als deze normaal is, mag uw kind weer naar huis. Als de bloeddruk te laag is, moet uw kind in het ziekenhuis blijven tot de bloeddruk weer normaal is.

De uitslag

U krijgt de uitslag van het onderzoek van de kinderarts tijdens uw controleafspraak op de polikliniek of tijdens een telefonisch consult.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u altijd contact opnemen.

  • Afdeling kinderdagbehandeling: 088 - 70 67 565

  • Polikliniek kindergeneeskunde: 088 - 70 67 297

  • Of maak voor niet spoedeisende vragen gebruik van de BeterDichtbij app.

 

03/24

Heeft u vragen?

Heeft u nog vragen? Stel ze gerust via de app BeterDichtbij.
Ontbreekt er informatie in deze folder?