Fysiotherapie bij een pasgeborene

Inleiding

In het MKC van Bravis ziekenhuis is het gebruikelijk dat de kinderfysiotherapeut wordt ingeschakeld bij baby’s die geboren zijn bij een zwangerschapsduur korter dan 34 weken (prematuur) en/of met een geboortegewicht van 1500 gram of minder (dysmatuur).

 

De kinderfysiotherapeut heeft specifieke kennis op het gebied van de motoriek (bewegen) en sensoriek (verwerken van prikkels) bij prematuren. In deze folder staat algemene informatie over de motorische ontwikkeling bij de prematuur en/of dysmatuur geboren baby’s.

 

De kinderfysiotherapeut is aanwezig bij het wekelijks multidisciplinair overleg. Hier worden alle opgenomen baby’s besproken en bijzonderheden toegelicht.

Bij het eerste consult is altijd één van de ouders of zijn beide aanwezig.

 

Daar waar hij/hem staat, kun je ook zij/haar lezen.

De therapie kan al starten in de couveuse.

In deze fase vormt de kinderfysiotherapeut zich een beeld van de houding en de bewegingen van je baby.

Mogelijk heeft je baby extra ondersteuning voor de houding nodig om ‘doorschieten’ of overstrekken te voorkomen. Dit komt vaak voor omdat de baby eerder blootgesteld wordt aan de zwaartekracht en het nog onvoldoende spierkracht heeft om zelf de romp, armen en beentjes gebogen te houden.

Hoe ziet dit (over) strekken eruit?

-          Hoofd naar achteren duwen/ in de nek leggen;

-          Schouders naar achteren trekken;

-          Rug recht houden;

-          Beentjes liggen recht;

-          Handen in vuistjes.

Observatie en begeleiding

Wanneer je baby in de wieg ligt en meer prikkels aan kan, zal de kinderfysiotherapeut het onderzoek uitbreiden.

We observeren onder andere het verkleden, in bad gaan, optillen en wegleggen in bed.

Hierbij letten we op de reacties van jou en van je baby en geven we adviezen zodat je baby zichzelf zo ontspannen en prettig mogelijk kan voelen. Zo kun je samen met je baby positieve en normale bewegingen uitvoeren, passend bij zijn ontwikkelingsleeftijd.

 

De hoeveelheid en sterkte van de prikkels die een baby aan kan, is per kind anders.

Wanneer een baby te veel prikkels krijgt, bijvoorbeeld bij te snel bewegen, te veel geluid of licht of te veel handelingen na elkaar, zal hij kenbaar maken dat het hem te veel is. Hij doet dit bijvoorbeeld door te gaan huilen, grimassen, geeuwen, wegkijken, hikken en/of zijn handjes in vuisthouding houden.

 

Stoppen met je handelen en een pauze inlassen is dan wenselijk om je baby weer tot rust te krijgen bijvoorbeeld door steun te geven, te begrenzen, eventueel met hulp van een speen.

Je zult zelf een manier vinden waarbij jij en je baby zich het prettigst voelen.

Tips en adviezen

Onderstaande tips en adviezen kunnen daarbij helpen. Wij zullen deze ook toelichten en aan je voordoen tijdens een van onze consulten.

 

Oppakken van je baby

Rol je baby eerst op de zijde door hem via de heupen van je af te draaien. Ga met je hand achter het hoofd en de schouders langs en til je baby zo met beide handen op, in licht gebogen houding.

 

Neerleggen van je baby

Leg je baby neer, vanuit licht gebogen houding, met de billen eerst op de onderlaag en rol hem dan rustig verder tot (zij-)lig.

 

Dragen van je baby

Draag hem in de holte van je arm waarbij je het bovenbeen vast houdt.

Hierbij zijn het hoofd, schouders en armen licht naar voren gebracht.

Houd hem rechtop tegen je schouder aan, met goede ondersteuning van de billen, de rug en de nek

 

Verkleden en verschonen van je baby

Hierbij is het belangrijk om je baby in gebogen positie te houden.

Dit lukt het best als je je baby recht van voren benadert. Draai hiervoor het aankleedkussen.

Dat is ook een fijne houding om contact te maken, je baby aan te kijken.

Rol je baby op zijn zijde bij het aandoen van luierpakje,de broek of shirt.

Door je baby aan de bovenbenen vast te pakken kun je hem ‘oprollen en de luier goed onder de billen schuiven.

 

Baden van je baby

Zorg dat je baby voldoende stabiliteit kan houden in bad; bijvoorbeeld doordat hij met zijn  billen op de bodem komt of met de voeten tegen de rand. Sommige baby’s gaan ‘ingewikkeld’ in bad. Met behulp van  een hydrofiele luier worden armen en benen bij elkaar gehouden om overstekken te voorkomen en zo krijgt je baby goede begrenzing. De verpleegkundige kan je hierbij helpen en adviseren.

Onderzoek

Naast bovenstaande observaties en adviezen kan de kinderfysiotherapeut ook een gestandaardiseerd onderzoek doen. Hierbij wordt vastgelegd op welk niveau de motoriek is in buikligging, rugligging en zit.

Dit onderzoek/observaties worden ook gedaan wanneer je baby poliklinisch opgevolgd wordt.

Naar aanleiding van het onderzoek en de observaties geven wij je hanteringadviezen en oefentips voor je baby waarmee je de motoriek op een juiste wijze kunt stimuleren.

Ontslag

Op het moment dat het ontslag nadert, wordt poliklinische opvolging bepaald door de kinderarts en kinderfysiotherapeut. Wij informeren je daarover en nemen contact op met de collega die de behandeling thuis gaat voortzetten.

Vragen

Heb je nog vragen, neem dan gerust contact op met afdeling revalidatie / kinderfysiotherapie Bravis ziekenhuis.

We zijn bereikbaar op werkdagen van 8:30 - 17:00. Telefoonnummer: 088 70 67 313.

 

2/21

Heeft u vragen?

Heeft u nog vragen? Stel ze gerust via de app BeterDichtbij.
Ontbreekt er informatie in deze folder?