- U bevindt zich hier:
- Home
- Afdelingen
- Folders
- Radioactief jodiumtherapie
Radioactief jodiumtherapie
Inleiding
Met uw instemming bent u door uw behandelend specialist naar de afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde verwezen voor behandeling van uw schildklier met radioactief jodium. Eerder werd bij u reeds een schildklierscan gemaakt. De schildklier neemt van nature graag jodium op. De schildklier maakt geen onderscheid tussen normaal jodium in bijvoorbeeld zout en radioactief jodium. Het radioactieve jodium bestraalt de schildklier plaatselijk waardoor de schildklier kleiner wordt en de hormoonproductie afneemt. Dat is de bedoeling van deze behandeling.
Voorbereiding
De nucleair geneeskundige legt u vooraf de gang van zaken uit over de therapie en de leefregels voor na de behandeling. Doorgaans gebeurt dit na de schildklierscan.
Het is belangrijk dat u twee weken voor de therapie stopt met schildkliermedicijnen (zoals strumazol, carbimazol of PTU en thyrax, euthyrox of levothyroxine). Enkele dagen na de therapie mag u in overleg met uw specialist deze medicijnen weer innemen. U kunt ’s ochtends gewoon ontbijten. Wij zijn op de hoogte van uw komst en u hoeft zich alleen maar bij de secretaresse te melden.
Attentie
Bent u zwanger of denkt u zwanger te zijn? Meld dit dan aan uw specialist. De therapie kan dan niet doorgaan. Vaak wordt voordien ook een zwangerschapstest verricht. Het is ook niet toegestaan om borstvoeding te geven.
De behandeling
De nucleair geneeskundige nodigt u uit in de toedieningskamer waar u in een stoel kunt plaatsnemen. U kunt dan nog eventuele vragen stellen. U krijgt een capsule met radioactief jodium die u met een slokje water kunt doorslikken. De nucleair geneeskundige meet daarna de hoeveelheid straling die u uitzendt. Dan vertelt hij u hoe lang u de leefregels moet volgen. Daarna mag u gaan. De behandeling is binnen een kwartier klaar. De radioactiviteit in de schildklier vermindert in het begin snel en is binnen één tot twee weken voor het grootste deel verdwenen. U merkt pas na ongeveer vier tot zes maanden het volledige effect van de behandeling.
Na de behandeling
Eén uur na de behandeling mag u weer eten en drinken. Wij adviseren u de eerste 24 uur veel te drinken en te plassen om de afvoer van overtollig radioactief jodium uit uw lichaam te versnellen.
Belangrijke leefregels na de behandeling
Zodra u de radioactieve capsule heeft ingenomen, bent u een bron van radioactieve straling. U kan dan andere personen in lichte mate blootstellen aan straling. Deze straling is niet gevaarlijk voor uw omgeving, maar om andere personen niet onnodig aan deze straling bloot te stellen, moet u zich aan onderstaande leefregels houden. Hoe lang u de leefregels precies moet volgen, hangt af van de dosis radioactief jodium die u heeft gekregen. Voor contact met volwassenen gelden de leefregels maximaal twee weken en voor contact met kinderen jonger dan tien jaar drie weken.
De leefregels
- Hoe groter de afstand tot de stralingsbron, hoe minder straling een ander persoon ontvangt. Zorg er daarom voor dat u minstens één meter afstand houdt van andere personen. Bij langdurig contact liefst twee meter. Houd er rekening mee dat de straling door muren heen gaat.
- Partners raden we aan om in aparte kamers te slapen, let hierbij op dat de bedden niet tegen dezelfde muur staan. Denk hierbij ook aan uw buren. Direct lichamelijk contact zoals knuffelen of seksueel contact moet beperkt worden tot maximaal 30 minuten per dag.
- Kinderen tot en met tien jaar zijn gevoeliger voor straling dan volwassenen. Daarom moet u direct lichamelijk contact met hen zoveel mogelijk beperken. Houd ook zo veel mogelijk afstand. Neem kinderen niet te lang op schoot. Laat ze zoveel mogelijk door uw huisgenoten verzorgen. U mag uw kinderen wel even knuffelen of een zoen geven.
- Reist u met het openbaar vervoer? Dan mag u maximaal één uur in de buurt van dezelfde medereizigers zitten. Reist u met zijn tweeën in een auto? Ga dan schuin achterin zitten. De rit mag niet langer duren dan twee uur.
- Vermijd bijeenkomsten waarbij u langer dan één uur naast dezelfde persoon zit. Bijvoorbeeld als u een reis maakt, een bioscoop bezoekt, kerkbijeenkomst of vergadering bijwoont.
- Ook op het werk dient u zich aan de leefregels te houden. Als u één meter afstand kan bewaren ten opzichte van collega’s hoeft u zich niet ziek te melden. Let op: uitzondering hierop is als u werkt in het basisonderwijs of in de kinderopvang met kinderen tot en met tien jaar. Dan moet u zich net zo lang ziek melden, als de periode van de leefregels.
- Vermijd bij toiletbezoek het morsen van urine. Ook mannen moeten zittend plassen. Was na het toiletbezoek direct uw handen. Spoel het toilet twee keer door.
- Anderen kunnen spullen die u heeft aangeraakt gewoon weer gebruiken nadat ze zijn (af)gewassen. U mag voor uzelf en voor anderen eten klaarmaken.
- Moet u onverwacht naar het ziekenhuis? Vertel de arts dan dat u onlangs met radioactief jodium behandeld bent.
- Wilt u zwanger worden of een kind verwekken? Dan mag dat pas vier maanden na de behandeling.
- Geeft u borstvoeding? Dan moet u daar mee stoppen.
- Wilt u binnen vier weken een vliegreis maken? Meld dit dan aan de nucleair geneeskundige. U krijgt dan een ‘vliegbrief’. Daarin staat dat u met radioactief jodium bent behandeld. Met deze vliegbrief kunt u zonder problemen de douane passeren.
Route
De afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde van het Bravis ziekenhuis bevindt zich op locatie Roosendaal op route 141 op de eerste verdieping.
Verhinderd?
Bent u verhinderd? Geef dit dan zo snel mogelijk door aan het secretariaat van afdeling medische beeldvorming. Op werkdagen is het secretariaat van 08.00 - 17.00 uur bereikbaar op telefoonnummer 088 - 70 68 550.
Vragen
Heeft u nog vragen? Bel dan gerust naar de afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde. Op werkdagen is de afdeling bereikbaar van 8.00 - 17.00 uur op telefoonnummer 088 - 70 68 550.
Suggesties en klachten
De organisatie van het ziekenhuis kan altijd beter. Uw suggesties zijn dan ook van harte welkom op het Patiënten Service Bureau. Ook kan het voorkomen dat u niet helemaal tevreden bent over de manier waarop u in ons ziekenhuis behandeld bent. Bespreek dit in de eerste plaats met degene die u daar verantwoordelijk voor acht, bijvoorbeeld de medisch specialist, het hoofd van de afdeling of een verpleegkundige. Lost dit gesprek niets op, dan kunt u contact opnemen met het Patiënten Service Bureau. Het ziekenhuis beschikt namelijk over meerdere procedures voor de correcte afhandeling van klachten. Het Patiënten Service Bureau kan u daarbij helpen.
12/20