Scheelziensoperatie (Strabismusoperatie)

Een scheelziensoperatie (strabismusoperatie) wordt gedaan om de oogstand te verbeteren. De operatie wordt meestal onder algehele narcose gedaan, maar kan in sommige gevallen ook onder plaatselijke verdoving (prikverdoving). Bij kinderen is de operatie altijd onder algehele narcose. Om zoveel mogelijk risico’s uit te sluiten, krijgt u voor de operatie een afspraak bij een anesthesioloog voor een lichamelijk onderzoek.

In de meeste gevallen wordt een scheelziensoperatie in dagbehandeling gedaan op locatie Bergen op Zoom. De patiënt wordt opgenomen op de afdeling dagopname of op de kinderdagopname. Een van de ouders mag in principe het kind begeleiden naar de operatieafdeling en aanwezig zijn bij het in slaap brengen van het kind. Meer informatie over de kinderdagopname leest u in de folder Kinderdagopname.

Op de dag van de operatie meldt u zich op de afgesproken tijd op route 75, receptie hoofdingang locatie Bergen op Zoom.

Tijdens de operatie worden één of meer oogspiertjes losgemaakt van het oog en verplaatst of ingekort, naargelang de aard van de oogafwijking. Vaak worden allebei de ogen geopereerd, soms slechts één oog. Omdat de spiertjes aan de buitenkant van het oog zitten, hoeft het oog zelf niet te worden opengemaakt. De oogbol wordt bij een operatie nooit uit de oogkas gehaald.

De operatie gebeurt meestal onder algehele narcose en duurt ongeveer 30 tot 60 minuten. Na de operatie worden de ogen niet afgedekt. Wel kan het zien wat wazig zijn door de zalf die in de ogen wordt gedaan. Na het schoonmaken van de ogen is dit meestal over. Indien pus, korstjes, sliertjes en dergelijke in het oog zitten, kunt u deze verwijderen met een gaasje met schoon water.

Een aantal uur na de operatie, als u goed wakker bent, mag u naar huis.

• Heeft de operatie in de ochtend plaatsgevonden? Dan mag u om ongeveer 13.00 uur naar huis.
• Heeft de operatie in de middag plaatsgevonden? Dan mag u aan het eind van de middag of het begin van de avond naar huis.

U mag op de dag van de operatie zelf geen auto besturen. Zorg er dus voor dat u wordt opgehaald. Bij zonnig weer kan het prettig zijn om een zonnebril op te zetten als u naar huis gaat.

De volgende dag mag u uw normale werkzaamheden hervatten. Kinderen mogen de volgende dag weer naar school. Baden en douchen kunnen als normaal; probeer echter om geen zeep of water in het geopereerde oog te krijgen. De eerste dagen zal u door de narcose wat sneller vermoeid zijn dan u gewend bent. Dit is heel normaal.

• Direct na de operatie is uw oogstand nog niet stabiel. De eerste dagen na de operatie kan de oogstand nog erg wisselen. Na ongeveer een tot twee weken krijgt u een controleafspraak bij de orthoptist die uw oogstand zal controleren.
• Tot de controle na de operatie moeten de ogen vier keer per dag worden gedruppeld. Deze druppels bestaan uit een combinatie van een antibioticum en een ontstekingsremmer (corticosteroïd). Tijdens deze periode raden we zwemmen, tuinieren en spelen in de zandbak af om infectie te voorkomen.
• Het is belangrijk om zo min mogelijk in het oog te wrijven. Dep het oog voorzichtig met een gaasje bij jeuk of irritatie.
• Op de plaats waar het oog geopereerd is, kan het oogwit flink rood en gezwollen zijn. Ook kan het wat jeuken. Dit is normaal en verbetert binnen een week. Als dit na een week nog niet weg is, krijgt u waarschijnlijk het advies van de orthoptist om nog een weekje extra te druppelen. Bij pijnlijke of gevoelige ogen mag u een pijnstiller zoals paracetamol nemen.
• Het is aan te bevelen uw ogen goed te blijven bewegen.

Zoals bij elke operatie zijn er ook bij scheelziensoperaties mogelijke complicaties. De risico’s van narcose zijn zeer beperkt en de meeste complicaties van de operatie zelf zijn ook niet ernstig en gaan vanzelf over of kunnen eenvoudig behandeld worden. Dit zijn bijvoorbeeld oogirritatie, onopgeloste hechtingen, bloeduitstortingen, gezwollen oogleden, enz. Er zijn echter drie belangrijke complicaties van strabismuschirurgie (scheelziensoperatie) die genoemd moeten worden:

Blindheid

Het risico van blindheid of verminderd zicht t.g.v. een scheelziensoperatie is zeer, zeer klein; het kan echter voorkomen. Bacteriën kunnen toegang tot het oog krijgen via een hechting en zo een infectie in het oog veroorzaken. Ook kan een netvliesloslating of bloeding ontstaan tijdens of na de operatie. Het moet echter benadrukt worden dat het risico op deze, ernstige, complicaties uiterst gering is.

Dubbelzien

Dubbelzien komt vaak voor na scheelziensoperaties, vooral bij volwassenen. Bij sommige operaties is tijdelijke diplopie (dubbelzien) zelfs gewenst. In de meeste gevallen gaat het dubbelzien vanzelf over binnen een tot zes weken. Indien het echter blijft, kan het meestal opgelost worden door opnieuw te opereren of het dragen van een bril met prismaglazen. Soms kan dubbelzien echter permanent zijn na een scheelziensoperatie, d.w.z. niet te corrigeren met een heroperatie of een prismabril. In deze gevallen is het afdekken van één oog of het dragen van een ondoorzichtig brillenglas of een speciale contactlens de enige mogelijke oplossing. Onoplosbaar dubbelzien na scheelziensoperaties is echter zeer zeldzaam.

Een onbevredigend resultaat

Voor een scheelziensoperatie worden de ogen en oogstand opgemeten en op basis van tabellen wordt dan besloten hoeveel chirurgie gedaan moet worden, d.w.z. welke spiertjes verplaatst of verkort moeten worden. Deze tabellen zijn berekend op de ervaring en resultaten van duizenden scheelziensoperaties. De hoeveelheden chirurgie zijn echter allemaal gemiddelden en er zijn altijd patiënten voor wie het gemiddelde niet geldt en bij wie het resultaat van de operatie onbevredigend uitvalt. Dan kan er opnieuw geopereerd worden. Dit moet soms snel gebeuren, maar meestal wacht men minimaal drie tot zes maanden om te stabiliseren en de geopereerde spieren volledig te laten herstellen voor er opnieuw geopereerd wordt. In geval van een dergelijk minder goed resultaat, is ook de kans op dubbelzien verhoogd.

Bij sommige patiënten weet men al vóór de operatie dat er een verhoogd risico is voor een minder goed resultaat, bijvoorbeeld bij mensen die in het verleden al strabismusoperaties hebben gehad of iemand met een zeer slechtziend oog.

Onderzoek heeft aangetoond dat meer dan 60% van de mensen die geopereerd worden aan strabismus (scheelzien), meer dan één keer geopereerd zullen worden voor dit probleem gedurende hun leven. Dit kan een heroperatie op korte termijn betekenen maar dit kan ook een heroperatie 20 jaar later zijn.

De scheelziensoperatie gegevens worden ingevoerd in het landelijk kwaliteitsregister om de kwaliteit te waarborgen.

Voor de operatie

• Ongeveer twee weken voor de operatie wordt u gebeld over de datum en tijd waarop u zich moet melden.
• Een week voor de operatie haalt u een flesje Tobradex druppels bij de apotheek.
• Het recept voor de Tobradex heeft de oogarts voorgeschreven.
• Een dag voor de operatie begint u met druppelen: Tobradex vier keer per dag een druppel in het oog dat geopereerd wordt (meestal beide ogen).

De dag van de operatie

• Operatie in de ochtend: nog een keer in de ochtend beide ogen druppelen.
• Operatie in de middag: twee keer druppelen, eenmaal in de ochtend en eenmaal in de middag.

Het flesje oogdruppels brengt u mee naar het ziekenhuis.

Nuchterbeleid bij narcose

Het is belangrijk dat u of uw kind nuchter is voor de operatie. Nuchter zijn betekent dat u of uw kind niets gegeten of gedronken heeft. Dit is belangrijk om complicaties tijdens de narcose te voorkomen. In de volgende folders leest u wat u of uw kind wel en niet mag eten voor de operatie. Lees de folder goed door en houd u aan de tijden en instructies.

• Nuchterbeleid kinderen tot 16 jaar
• Nuchterbeleid volwassenen vanaf 16 jaar

Na de operatie

• Direct na de operatie wordt er wat zalf in de ogen gedaan, hierdoor is het zicht wat wazig. Dit trekt echter vanzelf weg.
• Na de operatie begint u ’s avonds met druppelen.
• U druppelt vier keer per dag totdat u op controle komt bij de orthoptist.
• Bij pijnlijke of gevoelige ogen mag u een pijnstiller zoals paracetamol nemen.
• Ongeveer een week na de operatie komt u op controle bij de orthoptist. Wanneer deze postoperatieve controle is, hoort u op de afdeling.

• Op maandag tot en met vrijdag tussen 08.00 en 17.00 uur belt u met de polikliniek oogheelkunde via telefoonnummer 088 – 70 68 980

• Voor spoed buiten onze werktijden kunt u contact opnemen met de spoedeisende hulp.

  • Spoedeisende hulp locatie Bergen op Zoom 088 – 70 67 302
  • Spoedeisende hulp locatie Roosendaal 088 – 70 68 889

Heeft u nog vragen? Stel deze dan gerust aan de orthoptist.

02/23