Urodynamisch onderzoek (UDO)

Binnenkort wordt er bij u een urodynamisch onderzoek (UDO) verricht. Met een urodynamisch onderzoek kan de uroloog de oorzaak vinden van plasproblemen zoals:

• een vernauwing van de plasbuis
• ongewild urineverlies
• aandoeningen van het zenuwstelsel

Aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek kan de uroloog u een gericht behandelingsadvies geven.

Urodynamisch onderzoek is een inwendig onderzoek naar de werking van de lage urinewegen (blaas en sluitspieren). Door middel van katheters (dunne slangetjes) in de plasbuis en anus meet men de druk en werking van de blaas. Het onderzoek duurt ongeveer 45 tot 60 minuten.

Trim zo nodig de haargroei rond de schaamstreek. U hoeft zich niet thuis te scheren. Neem extra sokken mee om uw voeten warm te houden als u op de onderzoekstafel ligt. Zorg ervoor dat u een volle blaas heeft of dat u een goede plas kunt doen. Heeft u een verblijfskatheter? Dan hoeft u niet met een volle blaas te komen. Heeft u een stoma, neem dan voor de zekerheid extra stoma materiaal mee. Soms is het nodig ook via de stoma een meting te doen.

Een verpleegkundige voert het onderzoek uit op de polikliniek. U neemt plaats op een speciaal toilet om te plassen. De verpleegkundige meet de kracht van de urinestraal. Daarna vindt het verdere onderzoek plaats op een andere kamer. U ligt eerst met ontbloot onderlichaam met uw rug op de onderzoektafel. U houdt uw benen opgetrokken en gespreid. De verpleegkundige (scheert zo nodig haren weg) reinigt de schaamstreek of penis. Heeft u een verblijfskatheter? Dan verwijdert de verpleegkundige deze voordat het onderzoek begint. Zij brengt een katheter in via de plasbuis naar de blaas. Via deze katheter tapt zij de overgebleven urine af en meet de hoeveelheid. Vervolgens brengt zij met een verdovende gel een andere katheter in via de plasbuis om de druk in de blaas en plasbuis te meten. Daarna krijgt u ook een katheter ingebracht via de anus in de endeldarm om de druk in de buikholte te meten. Het inbrengen van deze katheter is niet pijnlijk maar kan wel een onaangenaam gevoel geven. Het voelt aan als het inbrengen van een thermometer. Deze katheter komt maar een klein stukje in de anus. De verpleegkundige plakt de katheters op de huid vast met pleisters. Bent u overgevoelig voor een bepaald soort pleisters? Meld dit dan voor het onderzoek. De verpleegkundige plakt een paar elektroden op de billen rondom de anus en op het been om de activiteit van de bekkenbodemspieren te meten.

Bij vrouwen die menstrueren kan het onderzoek gewoon plaatsvinden. Een tampon beïnvloedt de onderzoeksresultaten, dus vóór het onderzoek moet deze verwijderd worden. Na het onderzoek kunt u weer gewoon maandverband of tampons gebruiken.

Het onderzoek vindt in principe in zittende houding plaats, waarbij u op een speciaal toilet zit. De verpleegkundige vult de blaas via de katheter met een zoutoplossing. Tijdens het vullen meet zij de druk in de blaas en de druk in de buikholte. Geef het aan als u de eerste aandrang voelt om te plassen. Tijdens het onderzoek krijgt u soms het verzoek om te hoesten of op de hand te blazen. Dit is met name van belang bij patiënten met ongewild urineverlies (incontinentie). De verpleegkundige vult de blaas nog wat meer, totdat u aangeeft dat u een sterke aandrang voelt om te plassen en de plas niet meer op kan houden. (Dan stopt zij met het vullen.) Zodra de verpleegkundige het zegt, mag u zonder te persen langs het slangetje uitplassen. Vervolgens herhaalt de verpleegkundige, als de tijd het toelaat, het onderzoek nog een keer vanaf het vullen van de blaas. Daarna verwijdert zij de katheters en is het onderzoek afgelopen. Afhankelijk van de resultaten van het onderzoek kan het nodig zijn de verblijfskatheter terug te plaatsen.

De uroloog bespreekt met u de uitslag van het onderzoek. In principe krijgt u de uitslag meteen. Als de uroloog niet aanwezig is, krijgt u hiervoor een afspraak mee. Na het onderzoek kunt u vrijwel direct naar huis. Gebruik van eigen auto of openbaar vervoer is geen probleem. Goed drinken is altijd belangrijk maar let erop dat u na het onderzoek echt 1,5 tot 2 liter drinkt.

U kunt op de dag van het onderzoek last hebben van een pijnlijk en branderig gevoel tijdens en na het plassen. Ook kunt u het gevoel hebben vaker te moeten plassen dan normaal. In enkele gevallen treedt bloedverlies op via de plasbuis. Bij sommige patiënten kunnen dergelijke klachten enkele dagen aanwezig blijven. Dit is niet verontrustend en komt door irritatie van de plasbuis na het inbrengen van de katheters. Patiënten die een verhoogd risico op een blaasontsteking hebben, krijgen direct na het onderzoek één tablet antibiotica. Heeft u na het onderzoek bovenmatige pijn, koorts of kunt u niet plassen? Neem dan contact op met het ziekenhuis.

Heeft u nog vragen? Stel ze gerust aan de uroloog, assistente of urologieverpleegkundige.

De poliklinieken urologie zijn te bereiken tijdens kantooruren op telefoonnummer: 088 - 70 68 272

Buiten kantooruren kunt u bij problemen contact opnemen met de spoedeisende hulp:

• 088 - 70 68 889 Bravis ziekenhuis locatie Roosendaal
• 088 - 70 67 302 Bravis ziekenhuis locatie Bergen op Zoom.

De urologieverpleegkundigen zijn te bereiken tijdens kantooruren op telefoonnummer:
088 - 70 68 272.

E-mail: urologie.verpleegkundigen@bravis.nl

12/22