- U bevindt zich hier:
- Home
- Afdelingen
- Folders
- Coloscopie
Coloscopie
Inleiding
U bent door uw behandelend arts verwezen voor een onderzoek (endoscopie) van de dikke darm. Dit noemen we een coloscopie. Dit onderzoek wordt gedaan door een MDL (Maag-Darm-Lever) arts of internist. In deze folder vindt u informatie over de gang van zaken rond het onderzoek. Het onderzoek wordt uitgevoerd op het scopiecentrum locatie Roosendaal of op locatie Bergen op Zoom van het Bravis ziekenhuis.
Naast deze folder kunt u ook gratis de Patient Journey app downloaden, deze app deelt voor, tijdens en na de behandeling de juiste informatie op het juiste moment.
Coloscopie
De coloscopie wordt verricht met behulp van een endoscoop. Dit is een buigzame slang met een camera waarmee de binnenkant van uw dikke darm bekeken wordt. De endoscoop wordt via de anus ingebracht en voorzichtig doorgeschoven tot de gehele dikke darm bekeken is. Met dit onderzoek kunnen er eventuele afwijkingen in uw dikke darm worden opgespoord. Via de endoscoop kan er een stukje weefsel weggenomen worden voor verder onderzoek. Dit noemt men een biopt. Indien nodig kunnen er poliepen worden verwijderd, bloedingen gestelpt worden of kleine vernauwingen worden opgerekt. Het onderzoek neemt ongeveer 30 minuten in beslag.
Wat moet u doen bij het gebruik van de volgende medicijnen?
Bloedverdunners
Als u bloedverdunners gebruikt, dient u dit tijdens uw afspraak op het spreekuur aan te geven. Tijdens dat spreekuur krijgt u te horen of het nodig is uw bloedverdunners tijdelijk te stoppen en vanaf welke periode.
Wanneer u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, overleg dan altijd met uw behandelend arts over stoppen, overbruggingstherapie en INR controle.
Diabetes mellitus (suikerziekte)
Indien u diabeet bent, dient u contact op te nemen met uw diabetesverpleegkundige of behandelend arts voor aanvang van de voorbereiding (dieet) om te overleggen of u de hoeveelheid insuline of andere diabetesmedicatie (tijdelijk) moet aanpassen. Graag op de dag van het onderzoek uw diabetesmedicatie meenemen naar het ziekenhuis.
Let op: bepaal tijdens de voorbereiding frequent uw bloedglucosewaarden.
IJzertabletten
Indien u ijzertabletten gebruikt, moet u 1 week vóór het onderzoek stoppen met het innemen van deze medicijnen. IJzertabletten kleuren de ontlasting zwart waardoor de darmwand moeilijker te reinigen is.
Orale anticonceptie
Als u orale anticonceptie gebruikt, is deze voor de rest van de cyclus onbetrouwbaar.
Voorbereiding op de coloscopie
U krijgt een voorlichtingsgesprek met een verpleegkundige of een arts. Hier krijgt u informatie over het onderzoek en is er ruimte om vragen te stellen. Uw gezondheid wordt doorgenomen met behulp van de ingevulde vragenlijst. (Neem bij voorkeur uw uitgeprinte medicatielijst van de apotheek mee). Aan de hand hiervan krijgt u een passend recept om uw darm schoon te maken (laxeren). Het is heel belangrijk dat dit goed gebeurt, omdat achterblijvende ontlasting het betrouwbaar beoordelen van de darmwand onmogelijk maakt.
Recept laxeermiddelen
Om een goed beeld te krijgen tijdens het onderzoek moet uw dikke darm helemaal schoon zijn. Daarom krijgt u een recept voor het laxeermiddel Pleinvue® mee. Haal deze tijdig op bij uw apotheek of de apotheek van het ziekenhuis. Zie voor de inname het schema in deze folder onder het kopje “darmvoorbereiding met Pleinvue® ”.
Dieet voor het onderzoek
De darmen moeten schoon zijn voor het onderzoek. Eet daarom gedurende een week voor het onderzoek geen producten waar pitten of zaden inzitten, zoals kiwi's, druiven met pitten, bramen, aardbeien, tomaten en brood of koekjes met zaden en/of pitjes. Verder vragen wij u 3 dagen voor het onderzoek geen bruin maar wit brood te eten.
Tips voor het onderzoek
- Blijf tijdens de voorbereiding goed in beweging om de ontlasting goed op gang te houden.
- Draag comfortabele warme kleding, omdat u het tijdens het voorbereiden koud kunt krijgen.
Darmvoorbereiding met Pleinvue®
Uw arts heeft als darmvoorbereiding het middel Pleinvue® voorgeschreven. U dient de Pieinvue® volgens onderstaand schema te gebruiken.
Voorbereiding dag voor het onderzoek:
- In de ochtend maakt u het grote zakje dosis 1 Pleinvue klaar. U leegt dit zakje in een lege kan en voegt 500 ml water toe. Roer de oplossing tot het poeder geheel is opgelost. Dit kan ongeveer 8 minuten duren.
- Na bereiding kunt u de oplossing 24 uur beneden 25°C bewaren in de koelkast. De oplossing dient te worden afgedekt.
- Ontbijt: u mag gewoon ontbijten.
- Lunch: u mag een lichte maaltijd nemen, geen salade of volkorenproducten. Daarna mag u niets meer eten tot na het onderzoek.
- U mag alleen nog heldere vloeistoffen drinken, bijvoorbeeld water (met of zonder smaak), sportdrank, heldere appelsap, heldere gezeefde bouillon, heldere kruiden- of vruchtenthee.
- Drink geen: koffie, zwarte thee, rode vruchtensappen, troebele vruchtensappen, koolzuurhoudende dranken en geen melkproducten.
- Om 18.00 uur start u met de inname van Pleinvue dosis 1. Giet de oplossing in een glas.
- Drink Pleinvue dosis 1 (500ml) samen met tenminste 1 liter heldere vloeistof en neem minimaal 1½ uur de tijd.
- Drink de Pleinvue oplossing rustig met kleine slokjes en wissel af met slokjes van de toegestane heldere vloeistoffen. Dit verkleint de kans op misselijkheid. Indien nodig, kunt u het drinken van Pleinvue kort onderbreken en de behandeling hervatten wanneer een vol gevoel of eventuele misselijkheid verdwenen zijn.
- U mag gedurende de avond nog extra heldere vloeistoffen drinken.
Voorbereiding voor de volgende dag:
Bereid aan het eind van de dag dosis 2 Pleinvue. Dosis 2 bestaat uit 2 zakjes en bevat een fruitdranksmaak. Los deze 2 zakjes weer op in 500 milliliter water. Roer tot het poeder is opgelost. Dit kan ongeveer 8 minuten duren. Ook deze oplossing kan na bereiding afgedekt 24 uur in de koelkast worden bewaard.
Voorbereiding dag van het onderzoek als het onderzoek in de ochtend plaatsvindt:
- Op de dag van het onderzoek mag u niets meer eten.
- Start met een warm kopje thee
- Om 5.00 uur start u met de inname van Pleinvue dosis 2.
- Drink Pleinvue dosis 2 tegelijkertijd met tenminste 1 liter heldere vloeistof en neem hier minimaal 1½ uur de tijd voor.
- Drink de Pleinvue-oplossing rustig met kleine slokjes en wissel af met slokjes van de toegestane heldere vloeistoffen. Dit verkleint de kans op misselijkheid.
- Indien nodig, kunt u het drinken van Pleinvue kort onderbreken en de behandeling hervatten wanneer een vol gevoel of eventuele misselijkheid verdwenen zijn.
- Tot 2 uur vóór het onderzoek mag u nog extra heldere vloeistoffen drinken tot max. 400ml.
- Daarna mag u niets meer drinken.
Dag van onderzoek als het onderzoek in de middag plaatsvindt:
- Op de dag van het onderzoek mag u niets meer eten.
- Start met een warm kopje thee
- Om 9.00 uur start u met de inname van Pleinvue dosis 2.
- Drink Pleinvue dosis 2 tegelijkertijd met tenminste 1 liter heldere vloeistof en neem hier minimaal 1½ uur de tijd voor.
- Drink de Pleinvue-oplossing rustig met kleine slokjes en wissel af met slokjes van de toegestane heldere vloeistoffen. Dit verkleint de kans op misselijkheid.
- Indien nodig, kunt u het drinken van Pleinvue kort onderbreken en de behandeling hervatten wanneer een vol gevoel of eventuele misselijkheid verdwenen zijn.
- Tot 2 uur vóór het onderzoek mag u nog extra heldere vloeistoffen drinken tot max. 400ml.
- Daarna mag u niets meer drinken.
Ontlasting na het gebruik van laxeermiddel
Ongeveer 2 tot 3 uur na de inname van het eerste zakje Pleinvue® verandert de ontlasting in diarree.
De ontlasting moet er uiteindelijk helder uitzien. (mag de kleur van lichte thee hebben). Neem bij twijfel contact op met het scopiecentrum.
Bijwerkingen van Pleinvue®
Doordat u vaak naar het toilet moet kan de anus geïrriteerd raken. Gebruik hiertegen geen vaseline. Ook kunt u last krijgen van darmkrampen (een opgezet gevoel in de buik en buikpijn) en misselijkheid. Het beste is om rustig af te wachten totdat de klachten vanzelf overgaan. Ook hoofdpijn en een ‘licht’ gevoel in het hoofd zijn veel voorkomende bijwerkingen. Bij flauwte mag u een tablet druivensuiker/dextrose nemen.
Voorbereiding voor coloscopie met een kalmerend middel:
- Verwijder nagellak van de vingernagels. Lichtgekleurde kunstnagels kunnen blijven zitten. Heeft u kunstnagels met een donkere kleur? Verwijder dan de kunstnagels van beide wijsvingers.
- Trek bovenkleding aan met korte mouwen.
- Wij raden u aan om extra ondergoed mee te nemen.
- Regel van tevoren vervoer naar huis. Let op: u mag na het onderzoek niet zelf met de auto, brommer, scootmobiel of fiets rijden noch zonder begeleiding met een taxi of het openbaar vervoer naar huis gaan. U moet zich op het scopiecentrum op laten halen door één begeleider.
- In de voorbereidingsruimte van de scopiekamer krijgt u een infuusnaaldje ingebracht dat dient voor de toediening van het roesje. U wordt aangesloten op de monitor. De monitor meet uw bloeddruk, hartslag en zuurstofgehalte tijdens en na het onderzoek. De verpleegkundige neemt de vragenlijst nog door op veranderingen en we noteren het telefoonnummer van uw contactpersoon.
Het endoscopisch onderzoek
Een verpleegkundige begeleidt u vóór, tijdens en na het onderzoek. U wordt met bed naar de behandelkamer gereden en wordt de vragenlijst nogmaals met u doorgenomen.
Hierna wordt het kalmerend middel via het infuusnaaldje toegediend. Tijdens het onderzoek ligt u met opgetrokken knieën op uw linkerzijde. De endoscoop wordt voorzichtig ingebracht via uw anus in de endeldarm. Daarna wordt de endoscoop langzaam door uw hele dikke darm opgeschoven. Het kan nodig zijn dat de verpleegkundige even op de buik duwt. Tijdens het onderzoek kan u worden gevraagd of u op uw rug of rechterzijde wilt gaan liggen. Het verder invoeren van de endoscoop kan een drukkend gevoel of krampen in de buik veroorzaken. Door de lucht die via de scoop in de darm wordt geblazen is het normaal dat u tijdens het onderzoek winden moet laten. Doordat de darm volledig schoon is, zijn deze winden reukloos, vaak wordt de druk in de buik minder. Het onderzoek duurt ongeveer 30 minuten.
Na het onderzoek
- Mag u meestal na 1 tot 1 1/2 uur de uitslaapruimte verlaten.
- Mag u gewoon eten en drinken. U krijgt na het onderzoek op het scopiecentrum iets te eten en thee of koffie.
- Is een opgeblazen gevoel en winderigheid normaal.
- Is uw reactievermogen tot 24 uur na het onderzoek niet optimaal. Het kan namelijk zijn dat u nog slaperig bent na het gebruik van een kalmerend middel.
- Mag u niet aan het verkeer deelnemen, dus niet zelfstandig met de auto, brommer, scootmobiel rijden, fietsen of zonder begeleiding gaan wandelen.
- Mag u geen alcohol drinken.
- Mag u geen belangrijke beslissingen nemen.
- Mag u niet gaan werken en geen zware huishoudelijke werkzaamheden doen.
- Mag u niet zonder begeleiding met het openbaar vervoer of taxi reizen.
Eventuele bijwerkingen/complicaties na het onderzoek
Na het onderzoek is het mogelijk dat u pijnklachten ervaart, meestal als gevolg van darmkrampen door de ingeblazen lucht. Deze klachten nemen snel af als u de lucht laat ontsnappen, dus winden en boeren laat. Over het algemeen is een coloscopie een veilig onderzoek en complicaties komen gelukkig zelden voor, maar wij willen u hierover wel informeren. Door het verwijderen van poliepen kan er een bloeding optreden. Een dergelijke bloeding kan direct tijdens de behandeling optreden, maar ook tot 14 dagen daarna. Dit stopt meestal spontaan. Soms kan een ziekenhuisopname noodzakelijk zijn of moet er een nieuwe coloscopie worden gedaan om de bloeding te behandelen. In zeer zeldzame gevallen is een buikoperatie nodig. Door het onderzoek kan een beschadiging (perforatie) van de darmwand ontstaan. De kans hierop is groter als de darm ernstig ontstoken is, als er veel uitstulpingen (divertikels) zijn, als er sprake is van een vernauwing of na het verwijderen van een poliep. Er treedt dan ernstige buikpijn op, met later ook koorts. De kans op een dergelijke beschadiging is ongeveer 1 op 2.000 coloscopieën.
Krijgt u ernstige buikpijn, braken, zwarte ontlasting, bloedverlies of koorts?
Neem dan direct contact op met het scopiecentrum: tel: 088 - 70 68 450.
Buiten de kantooruren kan u ons bereiken via:
Spoedeisende hulp locatie Roosendaal: tel: 088 – 70 68 889
Spoedeisende hulp locatie Bergen op Zoom: tel: 088 – 70 67 302
De uitslag
De arts die het onderzoek uitvoert vertelt u direct na het onderzoek wat er gezien is. Het resultaat van het weefselonderzoek is na ongeveer één week bekend. U krijgt de definitieve uitslag via uw behandelend specialist of verwijzend huisarts. Indien er een ernstige afwijking wordt gevonden, dan wordt u daarvan op de hoogte gesteld direct na het onderzoek door de arts in het bijzijn van uw contactpersoon.
Overige belangrijke zaken
Taalbarrière
Als er sprake is van een (te verwachten) taalbarrière, gaan wij ervan uit dat de patiënt zelf zorgt draagt voor de oplossing van dit probleem.
Pacemaker of ICD
Heeft u een ICD-kastje of een pacemaker? Meld dit dan aan uw behandelend arts.
Neurostimulator
Heeft u een neurostimulator of pijnpomp? Dan dient u de afstandbediening mee te nemen naar het onderzoek. Het kan zijn dat het voor het onderzoek nodig is om deze even stop te zetten.
CPAP-apparaat
Gebruikt u tijdens de slaap een CPAP-apparaat? Neem dit apparaat dan mee naar het ziekenhuis.
Stoma
Indien u een stoma heeft graag de benodigde verzorgingsmaterialen meenemen.
Zwangerschap
Bent u (mogelijk) zwanger? Meld dit vooraf aan uw behandelend arts.
Vragen?
Heeft u nog vragen over de endoscopie?
Stel ze gerust aan een medewerker van het scopiecentrum, bereikbaar tijdens kantooruren op tel: 088 -70 68 450.
Verhinderd?
Bent u verhinderd op het moment van de afspraak?
Geef dit dan zo spoedig mogelijk (uiterlijk 24 uur van tevoren) door aan het secretariaat van het scopiecentrum, tijdens kantooruren bereikbaar op tel: 088 - 70 68 450.
Er kan dan iemand anders in uw plaats komen. Zonodig kunt u dan meteen een nieuwe afspraak maken.
Suggesties en klachten
De organisatie van het ziekenhuis kan altijd beter. Uw suggesties zijn dan ook van harte welkom op het Patiënten Service Bureau. Ook kan het voorkomen dat u niet helemaal tevreden bent over de manier waarop u in ons ziekenhuis behandeld bent. Bespreek dit in eerste plaats met degene die u daarvoor verantwoordelijk acht, bijvoorbeeld de arts, het hoofd van de afdeling of een verpleegkundige.
Lost dit gesprek uw probleem niet op dan kunt u contact opnemen met het Patiënten Service Bureau. Het ziekenhuis beschikt namelijk over meerdere procedures voor de correcte afhandeling van klachten. Het Patiënten Service Bureau kan u daarbij helpen.
02/24