- U bevindt zich hier:
- Home
- Afdelingen
- Folders
- Hartkatheterisatie
Hartkatheterisatie
Inleiding
Uw cardioloog heeft samen met u besproken dat u een hartkatheterisatie gaat krijgen. In deze folder leest u hoe het in zijn werk gaat.
Wat is een hartkatheterisatie?
Een hartkatheterisatie is een onderzoek waarbij de cardioloog via de lies - of polsslagader een slangetje opschuift naar het hart en contrastvloeistof inspuit. Terwijl de contrastvloeistof door de (slag) aderen van het hart stroomt maakt de cardioloog een film. Tevens kunnen bloeddrukken in de verschillende delen van het hart worden gemeten. De cardioloog kan nu zien of de (slag) aderen nog goed open zijn en of de hartkleppen en de hartspier nog goed functioneert.
Opname
Voor dit onderzoek moet u een dag worden opgenomen in het ziekenhuis. Dit gebeurt meestal op de afdeling dagopname. Soms bent u al opgenomen op afdeling cardiologie of hartbewaking.
Voorbereiding
- Slikt u tabletten op voorschrift van de trombosedienst? Die mag u enkele dagen van te voren niet meer innemen. Stop met Acenocoumarol (sintrom) drie dagen van tevoren. Met Fenocoumarol (marcoumar) stopt u zeven dagen tevoren.
- Breng de lijst van de trombosedienst en van uw overige medicijnen mee.
- Vindt het onderzoek in de ochtend plaats? Bewaar dan uw plastabletten tot na het onderzoek.
- U mag gewoon eten en drinken. Wel is het beter om weinig en licht verteerbare voeding te eten, tot de helft van wat u normaal eet. U kunt namelijk misselijk worden van de contrastvloeistof.
- Geef aan of u overgevoelig bent voor jodium en/of contrastvloeistof.
- De verpleegkundige brengt een zogeheten waaknaald aan in uw arm. Hierlangs kan de cardioloog medicijnen toedienen tijdens het onderzoek.
- U kleedt zich verder helemaal uit en krijgt een operatiehemd aan. Draagt u een bril? Dan mag u die ophouden.
- U wordt in uw bed naar de hartkatheterisatiekamer gereden.
- Laat uw sieraden, ook uw trouwring, thuis. Ringen die u niet afkrijgt, moet u door een juwelier laten verwijderen. U mag ook geen piercings dragen.
Het onderzoek
Het onderzoek vindt plaats op de afdeling radiologie, in de hartkatheterisatiekamer. Daar stapt u zelf over van uw bed op de onderzoekstafel. De cardioloog voert het onderzoek uit, geassisteerd door twee gespecialiseerde medewerkers van afdeling medische beeldvorming en een (hartfunctie)laborant(e).
De cardioloog en de laborant(e) dragen steriele kleding. U ziet veel grote apparaten. Het hele onderzoek duurt gemiddeld ongeveer een uur.
- De laborant(e) treft de nodige voorbereidingen en houdt uw bloeddruk en hartslag voortdurend in de gaten tijdens het onderzoek.
- De cardioloog verdooft uw pols/lies, zodat het aanprikken minder pijnlijk is.
- Via een buisje/hulsje schuift de cardioloog een slangetje voorzichtig vanuit de lies/pols op naar het hart. Dit is niet pijnlijk.
- De cardioloog spuit via het slangetje de contrastvloeistof in. Dit kan een warm gevoel geven door heel uw lichaam en u kunt ook het gevoel hebben dat u moet plassen. Dit duurt maar heel kort.
- Ook kunt u misselijk worden en/of pijn op de borst krijgen. Vertel dit dan meteen aan de cardioloog of de laborant(e)). Zo nodig krijgt u pijnstilling.
- Als de film is gemaakt verwijdert de cardioloog het slangetje weer.
Na het onderzoek
- Na het onderzoek kan de cardioloog ervoor kiezen een collageenpropje met een ankertje in de insteekopening van het bloedvat in de lies te brengen. Nadat de hechtdraad is aangetrokken blijft het propje op zijn plaats zitten en sluit zo de insteekopening af. Dit kan even pijnlijk zijn. Het propje heet een angioseal.
Wanneer u via de pols bent aangeprikt krijgt u meestal een zogenaamd RAD-bandje (radialis afdruk device) om de pols. Dit is een bandje wat opgeblazen wordt met lucht wat de verpleegkundige na de ingreep langzaam laat leeglopen.
Soms heeft de cardioloog redenen voor het aanleggen van een drukverband in plaats van een angioseal of RAD-bandje. De cardioloog drukt de wond gedurende tien minuten af. Daarna legt hij/zij met hulp van de laborant(e) een strak drukverband aan.
- Vervolgens schuift u onder begeleiding voorzichtig terug in bed. Hierna gaat u terug naar uw kamer. Verpleegkundigen van uw afdeling halen u op.
- Tijdens het onderzoek of kort erna geeft de cardioloog u vaak al een eerste indruk van wat hij/zij heeft gezien. Soms kan dat niet en krijgt u de uitslag later.
Nazorg
- Het eerste uur na het onderzoek controleert de verpleegkundige uw bloeddruk en het aanprikpunt van de lies/pols op doorlekken.
- Na het onderzoek moet u goed drinken, zodat het contrastmiddel zo snel mogelijk uw lichaam verlaat.
- Soms wordt er extra vocht toegediend via het infuusnaaldje. (afhankelijk van uw nierfunctie)
- Heeft u een drukverband gehad? Dan mag u uw been enkele uren niet gebruiken en alleen halfzittend op uw rug liggen. U mag dus niet omhoog komen.
- Het verband mag er na zes uur af. Na negen uur mag u weer voorzichtig uit bed.
- Heeft u een angioseal gehad? Dan mag u half zitten. Houd uw been recht bij het op de zij draaien. Na een uur mag u weer uit bed. Verdere adviezen leest u in de brochure over angioseal.
- Als alles goed gaat mag u nog dezelfde avond naar huis. U mag dan niet zelf deelnemen aan het verkeer dus moet u opgehaald worden.
- Moet u toch opgenomen blijven? Dan gaat u van de afdeling dagopname over naar de afdeling cardiologie.
Vragen
Heeft u nog vragen? Stel ze gerust aan de cardioloog of de verpleegkundigen op de afdeling.
4/23