Zevalin® therapie

Met uw instemming heeft uw specialist u verwezen voor Zevalin therapie. Deze radioactieve therapie vindt plaats op de afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde. Voor deze behandeling bent u een dag opgenomen op de afdeling dagbehandeling.

Zevalin therapie is een plaatselijke bestraling met een radioactieve stof. Deze stof vernietigt kwaadaardige cellen die de kop weer hebben opgestoken. U krijgt een infuus met Zevalin waaraan radioactief Yttrium is gekoppeld. Radioactief Yttrium hecht zich na toediening aan het oppervlak van de kwaadaardige cellen en bestraalt deze direct. Dit soort cellen is erg gevoelig voor straling en gaat dood. Het effect van deze therapie kan vele maanden tot enkele jaren duren. De Zevalin therapie geeft bij een groot deel van de behandelde patiënten een matig tot goed resultaat. Bij een klein deel heeft de therapie nauwelijks tot geen resultaat.

U heeft 1 week eerder op de afdeling dagopname een infuus met rituximab gehad. Op de dag van de radioactieve therapie krijgt u eerst nog een infuus met rituximab. Dit als voorbereiding op de radioactieve Zevalin therapie die ongeveer 2 uur later plaatsvindt op de afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde. De verpleegkundige brengt u met bed en infuus naar deze afdeling.
Regel vooraf vervoer naar huis. U mag niet zelf een vervoermiddel besturen omdat u duizelig kunt worden.

Op de afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde meet de medisch nucleair werker uw bloeddruk en koppelt het toedieningsysteem aan uw infuus. In ongeveer 10 minuten krijgt u in kleine hoeveelheden het radioactieve medicijn Zevalin via dit infuus toegediend. Uw bloeddruk wordt weer gecontroleerd. U blijft nog ongeveer 1 uur liggen. Daarna verwijdert de medisch nucleair werker het infuus en controleert nogmaals uw bloeddruk. De medisch nucleair werker controleert met de gammacamera hoe de radioactieve stof zich in uw lichaam heeft verspreid. Dit duurt enkele minuten. Hierna bent u klaar en mag u naar huis.

U kunt van de radioactieve therapie na afloop wat duizelig zijn. Het aantal bloedplaatjes en witte bloedlichaampjes zal na enkele weken tijdelijk dalen. Dit herstelt zich binnen enkele weken. Uw specialist controleert daarom regelmatig uw bloed na deze behandeling.

De eerste 24 uur na de injectie plast u een deel van de radioactieve stof uit.

Let er bij het plassen op dat u niet morst en doe dit als volgt:

• Mannen plassen zittend.
• Krijg geen urine op de handen. Heeft u toch urine op de handen gekregen? Was uw handen dan grondig. Droog ze af met papier dat u daarna in het toilet gooit.
• Spoel het toilet 2x door als u geplast heeft.
• Morst u urine op de kleding? Laat het dan eerst drogen en was de kleding gewoon met de rest mee.

U krijgt de uitslag van uw arts bij uw eerstvolgende afspraak. Bent u opgenomen? Dan krijgt u de uitslag tijdens uw verblijf in het ziekenhuis.

Bent u zwanger of denkt u (misschien) zwanger te zijn? Meld dit dan bij het maken van de afspraak of voor het onderzoek. De specialist bekijkt dan zorgvuldig of het onderzoek moet doorgaan of niet. Ook als u borstvoeding geeft moet u dit melden. De specialist geeft u dan advies. Meestal is dat 24 uur de borstvoeding stoppen.

De afdeling medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde van het Bravis ziekenhuis bevindt zich op locatie Roosendaal op route 141 op de eerste verdieping. De afdeling is het best bereikbaar via de hoofdingang.

Bent u verhinderd? Geef dit dan zo snel mogelijk door aan secretariaat medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde op 088 - 70 68 550. Kijk op Nucleaire geneeskunde - Bravis | Bravis voor de actuele bereikbaarheid.

Heeft u een uitnodiging voor BeterDichtbij en heeft uw vraag geen spoed? Stel dan uw vraag via de BeterDichtbij app. U ontvangt binnen één werkdag een reactie.     

Heeft uw vraag spoed of heeft u nog geen uitnodiging ontvangen voor BeterDichtbij? Neem dan contact op het secretariaat medische beeldvorming/nucleaire geneeskunde op 088 – 70 68 550. Kijk op Nucleaire geneeskunde - Bravis | Bravis voor de actuele bereikbaarheid.

De organisatie van het ziekenhuis kan altijd beter. Uw suggesties zijn dan ook van harte welkom op het Patiënten Service Bureau. Ook kan het voorkomen dat u niet helemaal tevreden bent over de manier waarop u in ons ziekenhuis behandeld bent. Bespreek dit in de eerste plaats met degene die u daar verantwoordelijk voor acht, bijvoorbeeld de medisch specialist, het hoofd van de afdeling of een verpleegkundige. Lost dit gesprek niets op, dan kunt u contact opnemen met het Patiënten Service Bureau. Het ziekenhuis beschikt namelijk over meerdere procedures voor de correcte afhandeling van klachten. Het Patiënten Service Bureau kan u daarbij helpen.

03/25