Pijn bij het vrijen

Veel vrouwen hebben weleens last van pijn tijdens het vrijen. De een wat vaker dan de ander. Als u vaak pijn hebt, is het logisch dat u minder zin krijgt om te vrijen.

Oorzaken

Sommige vrouwen ervaren pijn tijdens het diep doorstoten van de penis. De gemakkelijkste oplossing is dan om een houding te zoeken die voor beide partners prettig is. Andere vrouwen hebben last van hun buik of bekkenbodem na het vrijen. Het kan dan gaan om een soort spierpijn, doordat de bekkenbodemspieren heel gespannen zijn geweest tijdens de geslachtsgemeenschap.

Veel vrouwen hebben last van branderige of schrijnende pijn bij de ingang van de vagina voor, tijdens of na de gemeenschap. Ook plassen na afloop geeft dan nogal eens een branderig gevoel. De meest voorkomende oorzaak is dat gemeenschap plaatsvindt terwijl u niet of onvoldoende seksueel opgewonden bent. Een andere oorzaak van pijn bij de vagina-opening kan zijn dat u onbewust de bekkenbodemspieren aanspant, waardoor de ingang van de vagina nauwer wordt. Zo ontstaat er vaak een vicieuze cirkel: doordat gemeenschap pijn doet, is het logisch dat u een volgende keer bang bent dat het opnieuw pijn gaat doen.

Andere oorzaken zijn vaginale infecties, huidirritaties of zeldzame huidziekten, een bevalling, of hormonale veranderingen na de overgang.

Gevolgen van pijn bij de ingang van de vagina
Bij vrouwen die doorgaan met gemeenschap terwijl het pijn doet, kan de huid chronisch geïrriteerd geraken (vestibulitis). Bij ongeveer 3% van de vrouwen lukt het zelfs niet (meer) om gemeenschap te hebben doordat ze hun spieren van de bekkenbodem automatisch aanspannen. De opening van de vagina wordt zo heel nauw. Dit noemen we vaginisme.

Behandeling

Na een gesprek onderzoekt de gynaecoloog u lichamelijk om irritaties, infecties of kleine afwijkingen op te sporen. Met een inwendig gynaecologisch onderzoek kunnen we achterhalen waar de pijn precies zit. Soms kan een vaginale tablet, een crème of een antibioticakuur helpen. Een kleine operatieve correctie gebeurt heel soms. Een verwijzing naar een bekkenbodemfysiotherapeut, een medisch psycholoog of eventueel een seksuoloog/relatietherapeut kan nodig zijn.

Meer informatie